Spaartaks in 2025: hoeveel belasting moet je betalen?

De spaartaks is een ander woord voor de vermogensrendementsheffing: de belasting die je betaalt als je vermogen in box 3 boven het heffingsvrije vermogen komt. De laatste jaren is er nogal wat discussie ontstaan over de spaartaks. Ontdek hier wat de actuele stand van zaken is in 2025.

HomeBox 3 belasting › Spaartaks

In het kort
  • De spaartaks is een synoniem voor de ‘vermogensrendementsheffing‘ die je betaalt in box 3.

  • Je betaalt vermogensrendementsheffing over een fictief rendement. Het fictieve rendement op spaargeld is voor 2025 voorlopig vastgesteld op 1,44%.

  • In 2025 is de spaartaks 36%. Over 1,44% van je spaargeld boven de heffingsvrije grens (€ 57.684 per fiscaal partner), ga je dus 36% vermogensrendementheffing betalen.

Wat is de spaartaks?

De spaartaks heet officieel de vermogensrendementsheffing of vermogensbelasting. Dit is de belastingheffing van de Belastingdienst op vermogen dat in box 3 van de belastingopgave valt. Denk aan geld op bank- en spaarrekeningen, maar ook je beleggingen en bijvoorbeeld een tweede huis.

Hoe bereken je de spaartaks?

Om de spaartaks te berekenen, kun je het volgende stappenplan gebruiken. We gaan hier uit van een vermogen van € 100.000 (waarvan € 80.000 spaargeld en € 20.000 beleggingen) en een schuld van € 20.000.

  • Stap 1: Tel de waarde van al je bezittingen in box 3 bij elkaar op (peildatum 1 januari), zoals spaargeld, beleggingen en ander vermogen.
  • Stap 2: Bereken je aftrekbare schuld (peildatum 1 januari). Bepaalde schulden, zoals een studieschuld, leningen en een hypotheek op een tweede woning zijn aftrekbaar in box 3. Let op: van je schulden mag je eerst een drempelbedrag niet aftrekken (€ 3800 per persoon in 2025, € 7600 met fiscale partner). Stel dat je in totaal een schuld van € 20.000 hebt (en geen fiscaal partner), dan mag je dus € 20.000 - € 3800 = € 16.200 aftrekken.
  • Stap 3: Bereken je rendementsgrondslag: Rendementsgrondslag = bezittingen - aftrekbare schuld (na aftrek drempelbedrag) Stel dat je in box 3 een vermogen hebt van € 100.000 en € 20.000 schuld hebt, dan komt de rendementsgrondslag uit op € 100.000 - € 16.200 = € 83.800.

  • Stap 4: Trek het heffingsvrije vermogen af. Voor fiscaal jaar 2025 is de vrijstelling in box 3 (het heffingsvrije vermogen) € 57.684 (of € 115.368 voor fiscale partners). Dit bedrag trek je af van de rendementsgrondslag en vervolgens blijft de grondslag sparen en beleggen over. Van een rendementsgrondslag van € 83.800 trek je dus nog € 57.684 af. Er blijft dan een grondslag sparen en beleggen over van € 26.116.
  • Stap 5: Bereken het fictieve rendement. Voor 2025 gelden de volgende fictieve rendementen:
Vermogen
Fictief rendement 2025

Bank- en spaartegoeden

1,44% (voorlopig)

Beleggingen

5,88%

Schulden

2,62%

Berekening per categorie:

  • Spaargeld: € 80.000 × 1,44% = € 1152
  • Beleggingen: € 20.000 × 5,88% = € 1176
  • Schuld: € 16.200 × 2,62% = € 425
Totaal fictief rendement: € 1152 (spaargeld) + € 1176 (beleggingen) - € 425 (schuld) = € 1903
  • Stap 6: Bepaal het aandeel van de grondslag. Dat doe je door de grondslag sparen en beleggen te delen door de rendementsgrondslag. € 26.166 / € 83.800 = 0,3122 (oftewel 31,22%).
  • Stap 7: Bereken het voordeel uit sparen en beleggen. Vermenigvuldig het aandeel van de grondslag met het fictief rendement: € 1903 x 31,22% = € 594.

  • Stap 8: Bereken de spaartaks. Het belastingtarief in box 3 is in 2025 36%. 36% x € 594 = € 214. De spaartaks over € 100.000 aan vermogen (€ 80.000 spaargeld, € 20.000 beleggingen en een schuld van € 20.000) is dus € 214.

Veranderingen spaartaks 2024

In fisclaa jaar 2024 bleef de box 3-vrijstelling hetzelfde als in 2023 (€ 57.000). Het fictieve rendement op beleggingen ging omlaag: van 6,17% naar 6,04%. Het fictieve rendement op spaargeld is voorlopig vastgesteld op 1,03%. De grootste wijziging is dat de belastingvoet flink omhoog ging. Van 32% in 2023 naar 36% in 2024.

Veranderingen spaartaks 2025

In fiscaal jaar 2025 gaat de box 3-vrijstelling omhoog naar € 57.685 (of € 115.368 als fiscale partners). Het fictieve rendement op spaargeld gaat flink omhoog naar 1,44%. Het fictieve rendement op beleggingen gaat omlaag, van 6,04% naar 5,88% in 2025.

Waar eerder nog gesproken werd over een verlaging van de spaartaks, blijft deze in 2025 toch gelijk vanwege tegenvallende overheidsinkomsten. De spaartaks in 2025 blijft dus 36%.

Vooruitzicht spaartaks

Nu wordt de spaartaks nog berekend op basis van een fictief rendement, maar de wens is om dit in de toekomst te gaan berekenen op basis van een werkelijk rendement. Dit zal in 2028 (op z'n vroegst) ingaan. Hoe de belasting op werkelijk behaald rendement eruit moet gaan zien, blijft nog onduidelijk. Ook vereist dit vergaande samenwerking tussen de Belastingdienst en verschillende andere partijen, zoals banken en brokers.

Tot die tijd blijf je dus spaartaks betalen over een fictief rendement. Is je daadwerkelijke rendement lager dan het fictieve rendement? Dan kun je vanaf de zomer van 2025 (met terugwerkende kracht) gebruik maken van het formulier "Opgaaf werkelijk rendement".