De nieuwe spaarvariant in Box 3

Het Box 3-stelsel vanaf 2023 t/m 2027

HomeBox 3 belasting › Wijzigingen box 3

In Nederland betaal je vermogensrendementsheffing over je bezittingen en sinds 2023 is er een nieuw stelsel van toepassing. In 2023 zijn zowel het oude als het nieuwe stelsel van kracht en wordt de meest voordelige variant toegepast. Vanaf 2024 geldt alleen de nieuw variant en tot 2027 is er sprake van een overbruggingsstelsel.

Lees hier alles over het nieuwe stelsel vermogensrendementsheffing en ontdek aan de hand van rekenvoorbeelden hoeveel je er persoonlijk op vooruit gaat met de veranderingen in Box 3.

In het kort
  • Het nieuwe Box 3-stelsel pakt zeer voordelig uit voor spaarders, vooral voor spaarders met veel vermogen. Beleggers gaan in sommige gevallen juist meer betalen.
  • In 2023 gaat de vrijstellingsgrens opnieuw flink omhoogvan € 50.650 naar € 57.000 (per fiscale partner)
  • De belasting op het forfaitaire rendement bedraagt in 2023 32% (2022: 31%); voor 2024 gaat het tarief dan nogmaals omhoog; naar 34%
  • Het aangenomen rendement op spaargeld bedraagt in 2023 0,01% (2022: -0,01%); het aangenomen rendement op beleggingen is omhooggegaan naar 6,17% (2022: 5,53%)
3,15%
p.j.
CKV Spaarbank
België
4,35%
p.j.
Rietumu Bank
Letland
4,45%
p.j.
Rietumu Bank
Letland

2023: het overbruggingsstelsel

Het overbruggingsstelsel blijft van kracht tot ten minste 2027. Ook gaat de belastingvoet op het forfaitair rendement in 2024 omhoog naar 34%. Daarnaast wordt het heffingsvrije vermogen, dat in 2023 € 57.000 per fiscale partner bedraagt, niet verder geïndexeerd.

Het nieuwe Box 3-stelsel – de spaarvariant uitgelegd

Het nieuwe Box 3-stelsel (overgangsstelsel tot minstens 2027) maakt gebruik van drie getallen om tot de uiteindelijke berekening van de belasting te komen.

Allereerst wordt het gemiddelde rendement op het geld berekend, aan de hand van het beleggingsdeelspaardeel en de schulden. Hierbij draait het dus niet meer om een aangenomen beleggings- en spaardeel, maar om hoeveel geld een belastingplichtige daadwerkelijk in beleggingen (en ander vermogen) en spaargeld heeft staan.

Dit gemiddelde rendement op het vermogen wordt vermenigvuldigd met de grondslag sparen en beleggen om tot het belastbare rendement op vermogen te komen. Dit belastbare rendement op vermogen wordt vervolgens vermenigvuldigd met het belastingtarief (in 2023: 32%) om te komen tot de uiteindelijke belasting.

Uit de berekeningen hieronder wordt duidelijk hoe positief de nieuwe heffing uitpakt voor iemand die vooral spaargeld heeft. Voor beleggers zonder spaargeld die boven de vrijstellingsgrens uitkomen, pakt het nieuwe stelsel minder positief uit. En dat is precies wat het kabinet ook wilde bereiken.

Rekenvoorbeeld Box 3-heffing
(spaarvariant vs. oud stelsel)

Laten we het bovenstaande verhelderen aan de hand van een rekenvoorbeeld. We nemen het voorbeeld van Anja, die € 200.000 aan spaargeld heeft en € 10.000 aan beleggingen. Anja heeft ook € 10.000 aan schulden. Met de spaarvariant berekenen we de Box 3-heffing als volgt:

Berekening nieuw Box 3-stelsel (overbruggingsstelsel; fisc. jaar 2023)

Gemiddeld rendement = ((€ 200.000 * 0,01% [spaargeld]) + (€ 10.000 * 6,17% [beleggingen]) + ((€ 10.000 – € 3400) * -2,57% [schulden boven de drempel]) / ((€ 210.000 – (€ 10.000 – € 3400)) ≈ 0,238%

Grondslag sparen en beleggen = € 210.000 – € 57.000 – (€ 10.000 – € 3.400 [schulden boven de drempel]) = € 146.400

Behaald rendement = € 146.400 * 0,238% ≈ € 348,4

Belasting = € 348,3 * 32% ≈ € 111

De fictieve verdeling is afgeschaft, en nu kijkt de Belastingdienst dus alleen naar het daadwerkelijke spaar-, beleggings- en schulddeel. Onder het oude stelsel zou Anja een stuk meer belasting betalen. Waarom? Omdat de Belastingdienst ervan uitging dat Anja een veel groter deel van haar vermogen in beleggingen had zitten.

Vermogensrendementsheffing in 2023 –
fictief rendement, geen fictieve verdeling?

Nederland kent nog altijd een eenvoudig systeem bij het bepalen van de belasting op vermogen. De Belastingdienst gaat ervan uit dat je in jaar 2023 op spaargeld een zeer laag rendement haalt van 0,01%. Dit is conform de toenmalige marktsituatie in Nederland. Over je beleggingen behaal je gemiddeld een hoger rendement, in 2023 bedraagt dit 6,17%.

In het oude stelsel werd nog gebruikgemaakt van een fictieve verdeling van vermogen. Dit is nu niet meer zo. Tot minstens 2027 blijft het fictieve rendement nog bestaan; de fictieve verdeling is wel verleden tijd.

Vanaf 2027 moet er een plan op tafel liggen om het daadwerkelijke rendement te belasten. Tot het zover is, hanteert de Belastingdienst dus het overgangsstelsel.

Vermogensrendementsheffing – waarom een nieuw stelsel?

Tot de uitspraak van de Hoge Raad van 24 december 2021 gold voor Box 3 een schijvensysteem, vergelijkbaar met Box 1. De opbouw was weliswaar anders, maar in de praktijk betaalden belastingplichtingen in iedere schijf een hoger percentage, en net zoals in Box 1 vielen mensen met meer vermogen in hogere schijven.

Dit stelsel was té oneerlijk voor mensen die alleen maar spaarden. De Belastingdienst nam aan dat ook zij belegden en rendement behaalden, terwijl deze conservatievere spaarders juist moesten inleveren op hun spaarrekeningen en in de werkelijkheid helemaal geen rendement behaalden.

Fictief rendement
Fictief rendement

Inkomstenbelasting betaal je over je inkomen. Je vermogensheffing in Box 3 staat los van het rendement dat je behaalt. Een eenvoudige regeling, die vooral voordelig is voor slimme spaarders en beleggers. Lees alles over het fictieve (forfaitaire) rendement bij het berekenen van de vermogensheffing.

Lees meer
Belasting op tweede huis
Belasting op tweede huis

Een tweede woning wordt gezien als een bezit dat je in Box 3 van je belastingaangifte op moet geven. Vakantiewoningen zijn vrijgesteld. Ook kun je een hypotheek of andere lening voor een tweede woning aftrekken. Vaak gaat een tweede woning je alsnog geld kosten – ieder jaar weer. Waarom?

Lees meer
Vrijstellingen in Box 3
Vrijstellingen in Box 3

Je betaalt ieder jaar spaartaks. Maar profiteert ook ieder jaar van verschillende vrijstellingen. De algemene vrijstelling geldt voor alle Nederlanders. Daarnaast hoef je verschillende bezittingen niet op te geven. Lees alles over de vrijstellingen in Box 3.

Lees meer

Overzicht concrete veranderingen Box 3

  • Het heffingsvrij vermogen gaat omhoog, naar € 57.000 per fiscale partner in 2023. In 2024 wordt het vermogen niet geïndexeerd
  • Het belastingtarief op rendement uit vermogen gaat omhoog. Van 31% in 2022 naar 32% in 2023 en 34% in 2024
  • Spaarders die geen bezwaar hebben gemaakt krijgen geen compensatie over 2017-2020. De belangrijkste reden is dat teveel geld terecht zou komen bij mensen met een hoog vermogen
  • Met deze wijzigingen wil het kabinet dat inkomen uit arbeid minder zwaar belast wordt, en inkomen uit vermogen zwaarder, om dit gelijk te trekken
  • De schenkingsvrijstelling eigen woning werd in 2023 verlaagd naar € 28.947 en wordt in 2024 opgeheven
Spaarrekeningen vergelijken
Spaarrekeningen vergelijken

Je wilt weten wat voor soort rekening geschikt is om jouw spaardoelen waar te maken? Verschillende spaarrekeningen bieden verschillende voorwaarden en rentepercentages. Raisin helpt je bij het vinden van de beste optie.

Lees meer
Depositorekeningen vergelijken
Depositorekeningen vergelijken

Wat is een depositorekening en wat is het verschil met een ‘normale spaarrekening’. Waarom ontvang je op een deposito een hogere rente en wat zijn de voorwaarden? Lees meer over deze spaarvorm en wanneer deposito sparen slim is voor jou.

Lees meer
Depositogarantiestelsels binnen de EU
Depositogarantiestelsels binnen de EU

Om spaarders te beschermen heeft de EU regelgeving opgesteld rondom banktegoeden. Ieder land moet verplicht een depositogarantiestelsel hebben. Hiermee worden onder andere spaartegoeden gedekt. Leer de stelsels van de verschillende landen kennen.

Lees meer