Wanneer de Belastingdienst je aanslag niet op tijd kan vaststellen, bijvoorbeeld vanwege een te late aangifte, rekent de Belastingdienst belastingrente. Dit kan flink in de papieren lopen, aangezien de belastingrente voor 2025 op 6,5% is vastgesteld. Dat is aanzienlijk hoger dan het percentage dat je in 2025 nog op een spaarrekening krijgt.
In dit artikel lees je precies wanneer je belastingrente betaalt, hoe het wordt berekend en of het aftrekbaar is. Ook leggen we het verschil uit met de invorderingsrente en geven we een overzicht van de actuele percentages.
Er wordt belastingrente berekend als de Belastingdienst je aanslag niet tijdig kan vaststellen, bijvoorbeeld door een late aangifte.
In 2025 is de belastingrente voor de inkomstenbelasting voorlopig vastgesteld op 6,5%, voor de vennootschapsbelasting zelfs 9%.
Voor particulieren is belastingrente niet aftrekbaar, voor ondernemers is de rente in bepaalde gevallen wel aftrekbaar van de winst.
Belastingrente verschilt van invorderingsrente, die je betaalt bij te late betaling van een aanslag.
Belastingrente is een vergoeding die je aan de Belastingdienst betaalt als zij jouw belastingaanslag niet op tijd kunnen opleggen. Dit gebeurt meestal als je te laat aangifte doet, of als de aangifte onjuist of onvolledig is.
De belastingrente is een compensatie voor de Staat, die hierdoor later belastinggeld ontvangt.
Je betaalt belastingrente als:
Je ná 30 april je aangifte inkomstenbelasting over het vorige jaar doet.
Je aangifte onjuist of onvolledig is, waardoor de definitieve aanslag later volgt.
Je een verzoek tot uitstel van definitieve aangifte indient en geen (of een te lage) voorlopige aangifte doet voor 1 mei.
De rente wordt berekend vanaf 1 juli na het belastingjaar tot zes weken na de datum van de definitieve aanslag. Bij zakelijke belastingen zoals de vennootschapsbelasting (VPB) gelden afwijkende termijnen.
jaar | Percentage |
---|---|
2022 | 4,00% |
2023 | 4,00% (jan-jun), 6,00% (jul-dec) |
2024 | 7,50% |
2025 | 6,50% (voorlopig) |
De Belastingdienst berekent de rente automatisch. Zelf rekenen is niet nodig, maar zo werkt het in de basis:
Startdatum: meestal 1 juli na het belastingjaar.
Einddatum: zes weken na de dagtekening van de definitieve aanslag.
Berekening: Vermenigvuldig het aantal dagen met het geldende rentepercentage en het te betalen bedrag.
Stel: je verwacht dat je over het belastingjaar 2024 € 10.000 aan inkomstenbelasting moet betalen. Je dient geen voorlopige aanslag in en doet pas eind juni 2025 je definitieve aangifte. De Belastingdienst heeft dan maximaal vier maanden de tijd om een aanslag op te leggen – in de praktijk volgt deze vaak na 6-8 weken. We gaan er nu voor de berekening vanuit dat de aanslag eind augustus wordt opgelegd. Je moet het bedrag dan uiterlijk zes weken hierna betalen, dus half oktober.
De Belastingdienst rekent rente vanaf 1 juli tot 15 oktober, dus over 3,5 maand. Bij een rente van 6,5% betaal je dan ongeveer € 190 rente over € 10.000. Stel dat je de aangifte nóg later indient, dan loopt de rente verder op, bijvoorbeeld tot € 325 als de aanslag pas eind 2024 betaald moet worden.
Wil je voorkomen dat je belastingrente moet betalen? Zorg er dan voor dat je op tijd je definitieve aangifte indient, vóór 1 mei.
Lukt dat niet, vraag dan tijdig een voorlopige aanslag aan die zo goed mogelijk aansluit bij je verwachte inkomsten en aftrekposten. Zo voorkom je dat de Belastingdienst vanaf 1 juli belastingrente in rekening brengt, die in 2025 voor de inkomstenbelasting dus 6,5% bedraagt.
Voor particulieren is belastingrente in principe niet aftrekbaar. Dit geldt voor:
Inkomstenbelasting (IB)
Bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw)
Voor ondernemers is belastingrente wel aftrekbaar als het gaat om zakelijke belastingen, zoals:
Vennootschapsbelasting (VPB)
Loonheffingen
Omzetbelasting (btw)
Dividendbelasting
Let op: Heb je een eenmanszaak? Dan hangt het ervan af of de rente betrekking heeft op je privéaangifte (de Inkomstenbelasting en ZVW-premies) of je zakelijke belastingen. Alleen de rente over de zakelijke belastingen is aftrekbaar.
Er zijn drie belastingrentes voor bedrijven:
Vennootschapsbelasting (VPB): 9,0% (het hoogste tarief).
Overige zakelijke belastingen: 6,5% (bijvoorbeeld loonheffingen, btw en dividendbelasting)
Invorderingsrente: betaal je als je een opgelegde aanslag niet op tijd betaalt, dus ná de uiterste betaaldatum.
Beide rentes zijn een vergoeding voor het later ontvangen belastinggeld, maar ze hebben dus een ander startpunt en doel.
Meer weten over belastingrente? Raadpleeg de website van de Belastingdienst.